- fonkelen
- {{fonkelen}}{{/term}}1 étinceler♦voorbeelden:1 het goud fonkelt in de zon • l'or resplendit au soleilde sterren fonkelen • les étoiles scintillentzijn ogen fonkelden van vreugde • ses yeux pétillaient de joie
Deens-Russisch woordenboek. 2015.